De slowcooker bereidt eten lange tijd op een lage temperatuur. Daarom is het verstandig een aantal voorzorgen in acht te nemen.
- De slowcooker is niet zo geschikt voor schotels waar je steeds nieuwe ingrediënten aan toevoegt, zoals ‘pot au feu’ of ‘olla podrida’. De temperatuur in de slowcooker daalt er te snel door. De temperatuur is te laag om de toegevoegde ingrediënten snel op te kunnen warmen.
- Laat het deksel op de slowcooker. Weersta de verleiding om het deksel op te tillen en te roeren! Dit verlengt de kooktijd elke keer met wel tien minuten.
- Gebruik geen schakelklok om de slowcooker op een bepaald tijdstip in te schakelen. De inhoud van de slowcooker staat dan te lang op kamertemperatuur en het eten kan daardoor bederven.
- Gebruik geen bevroren ingrediënten. Die houden de temperatuur te lang te laag.
- Gebruik een (vlees)thermometer om de binnentemperatuur te meten van grotere stukken vlees (zoals kip en hammetjes).
- Gebruik (kidney)bonen uit blik. In rauwe bonen, vooral in rode kidneybonen, zit een stof die giftig is voor mensen. Deze stof wordt pas onschadelijk gemaakt bij minimaal 10 minuten koken op temperaturen boven de honderd graden. Bij temperaturen tot tachtig graden, zoals in de slowcooker, komt er meer van deze stof vrij. Daarom kun je beter kidneybonen uit blik gebruiken. Die zijn voorgekookt en daarom geen probleem.
- Voeg bederfelijke ingrediënten zoals schaal- en schelpdieren, vis en zuivelproducten, pas aan het eind toe.